De intellectueel heeft al heel lang een slechte pers. Volgens Johan Goudsblom kent de intellectueel zijn Gide beter dan zijn buurman, en in de ogen van Friedrich von Hayek is hij niet meer dan een ‘handelaar in tweedehands ideeën’. De havenarbeider-flosoof Eric Hoffer stelde dat intellectuelen een aangeboren afkeer van democratie hebben, en nog maar enkele jaren geleden had Frits Bolkestein een heel boek nodig om duidelijk te maken dat deze beroepsgroep niet deugt. Opmerkelijk is dat al deze critici zelf intellectuelen waren, waardoor hun bezwaren, die vaak zeer terecht zijn, iets dubbelzinnigs krijgen. Dat veel intellectuelen illusies nagejaagd hebben is zonder meer waar maar als hun ideeën zo beroerd waren, waarom worden ze dan nog altijd gelezen? En hoe zit het eigenlijk met de illusies van hun critici? Is ook de illusieloze intellectueel geen illusie? En wie mag men eigenlijk tot de intellectuelen rekenen? In Grondsop en verwarring gaat Rob Hartmans in op het werk van een groot aantal intellectuelen uit binnen- en buitenland, van de zestiende eeuw tot aan het begin van de eenentwintigste. Van Erasmus tot Jürgen Habermas, van Johan Huizinga tot Tierry Baudet. Rob Hartmans is historicus en journalist, die regelmatig publiceert in De Groene Amsterdammer en Historisch Nieuwsblad. Van zijn hand verschenen bij Aspekt eerder Vaarwel dan!Essays over intellectuelen en hun illusies en Lang leve de Linkse Kerk en andere essays over politieke hersenschimmen, misverstanden en illusies. In 2012 publiceerde hij Vijandige broeders? De Nederlandse sociaal-democratie en het nationaal-socialisme, 1922-1940. Momenteel werkt hij aan een dissertatie over De Groene Amsterdammer als liberaal weekblad (1877-1940).