Description
In dit boek illustreren de kinderloze auteurs met vaak hilarische anekdotes en voorbeelden hun kijk op kind en gezin. Wat ze zien is verre van positief. Kinderen zijn vies. Ze plassen en poepen in hun broek, kwijlen op je nieuwe jas, vegen hun kleverige vingers aan je mooie bank af, hebben altijd een snotneus en kotsen in de auto. Kinderen zijn lastig. Kinderen zijn allesoverheersend. Kinderen zijn gemeen: de mythe van het onschuldige kind wordt door de auteurs genadeloos ontkracht.
Ook ouders komen er niet zonder kleerscheuren af. Het zijn zeurpieten die opgesloten zitten in de microkosmos van hun gezin. Het mag een wonder heten dat niet méér mensen kiezen voor een leven zonder kinderen. Maar wie er rond voor uitkomt dat hij een hekel heeft aan kinderen, komt erachter dat daarop nog een groot taboe rust: het laatste taboe van Nederland. ‘Een vriend van mij liet zich eens ontvallen dat hij het jammer vond dat hij als man niet kon ervaren hoe het zou zijn om leven in zich te dragen.
Nou, ik heb daar geen moeite mee. Het lijkt me vreselijk, zo’n misselijkmakende dikmaker in je buik. Bij iedere centimeter toename van de buikomvang zou ik bozer worden op die luie parasitaire baby die niet begrijpt dat hoe groter hij wordt, hoe moeilijker hij eruit komt. Zou iemand de mogelijkheid van een keizersnede noemen, ik zou die met beide handen aangrijpen. Ik zou een zucht van verlichting slaken omdat ik pijnloos onder de gruwelen van de bevalling uit zou komen.’
Auteurs: Clare de Vries en Hanna de Heus
Reviews
There are no reviews yet.