Rob Groenewoud bracht zijn jonge jaren door in Tegal, een plaatsje aan de Noordkust van Java, zeg tweemaal zo groot als Haren, waar hij zijn laatste jaren sleet. Zijn levensgeschiedenis is uniek en tegelijkertijd typerend voor een grote groep Nederlanders, die hun vroege jeugd in Nederlands-Indië doorbrachten, een verloren paradijs dat alleen nog in de herinnering bestaat. Elf jaar was Rob, toen hij de bootreis naar het kille Nederland maakte. Hij studeerde er, maakte er carrière en raakte in de oorlog betrokken bij het verzet. Maar z’n draai kon hij hier niet vinden.